Duidelijkheid inzake Wecg
donderdag 10 maart 2016
Met ingang van 1 januari 2015 is een Erkenning vereist voor het voorhanden hebben van los kruit. Dat gaat de sportschutterij aan voor sportschutters die munitie herladen en voor sportschutters die gebruik maken van zwartkruit-wapens en dus los kruit voorhanden hebben. De KNSA heeft daarover met een nieuwsbericht op 20 januari 2015 alle verenigingen en sportschutters geïnformeerd. U kunt hier nog een keer dat nieuwsbericht nalezen: https://www.knsa.nl/nieuws/archief-2015/erkenning-voor-los-kruit-vereist/
Belangrijk onderdeel van dat nieuwsbericht was de informatiebrochure van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu en de Inspectie Leefomgeving en Transport, en een voorbeeld Erkenning Wecg die sportschutters nodig hebben wanneer zij los kruit voorhanden hebben. Er zijn zowel met het Ministerie van Infrastructuur en Milieu, de Inspectie Leefomgeving en Transport, het Ministerie van Veiligheid en Justitie en de Politie goede afspraken gemaakt teneinde die Erkenning te verstrekken. Ook die afspraken staan in de informatiebrochure en in het bericht dat wij destijds hebben gepubliceerd.
Zo is nadrukkelijk afgesproken dat deze Erkenning Wecg kosteloos wordt verstrekt als bijlage bij het verlof tot het voorhanden hebben van een vuurwapen. Dat is belangrijk, omdat de volgens de Wet explosieven voor civiel gebruik (Wecg) verplichte screening dan niet hoeft te worden uitgevoerd. Die is immers al gedaan, vanwege de aanvraag en verlenging van wapenverloven. Desondanks blijkt er nog steeds onduidelijkheid te zijn ten aanzien van de uitvoering. Wij geven een aantal voorbeelden:
- Een Politie Eenheid - zo vernemen wij - vraagt, wanneer een verlofhouder die nog niet de 25-jarige leeftijd heeft bereikt een Erkenning Wecg vraagt, om een aanvullende verklaring van de schietvereniging. Dat is onjuist. De Erkenning Wecg wordt gewoon verstrekt aan verlofhouders die daar om vragen, wanneer zij die nodig hebben en wanneer zij al over een verlof beschikken. Een minimum leeftijd, zoals deze politie Eenheid vraagt, is niet aan de orde.
- Er is een Politie Eenheid die verlofhouders vraagt of zij wel over herlaadapparatuur beschikken, want waarom zou je anders een Erkenning Wecg nodig hebben? Ook dat is onzin. Immers, de bevoegdheid om te herladen is al gegeven in de Regeling wapens en munitie. Om precies te zijn in artikel 17 van die Regeling wordt de toestemming om te herladen voor verlofhouders gegeven. Het is dus onjuist en amateuristisch om naar herlaadapparatuur te vragen. Het gaat ook niet om een Erkenning om te mogen herladen; het gaat om een Erkenning Wecg, oftewel een Erkenning om los kruit voorhanden te mogen hebben.
- Er zijn Politie Eenheden die vragen om een pasfoto die zou moeten worden toegevoegd op de Erkenning. Dat is onjuist. Dat is niet afgesproken en is ook onnodig. Immers, de Erkenning Wecg is een bijlage en behoort dus bij het wapenverlof waarop reeds een pasfoto is opgenomen. Het wordt nog erger wanneer verlofhouders huiswaarts worden gestuurd om alsnog een pasfoto te halen; een pasfoto is niet nodig.
- Er schijnen Politie Eenheden te zijn die aankondigen dat om te mogen herladen, een cursus gevolgd moet worden, dan wel dat die voorwaarde binnenkort van kracht zou worden. Ook dat is niet waar. Er wordt geen cursus Herladen gevraagd en dat de KNSA een cursus Herladen aanbiedt, is een dienst aan haar leden en dit mag niet zo worden uitgelegd dat dat een voorwaarde is. Bovendien gaat het hier nogmaals niet om een Erkenning om te mogen herladen; het gaat hier om een Erkenning Wecg oftewel een Erkenning om los kruit voorhanden te mogen hebben.
- Een aantal Politie Eenheden kondigt nu al aan dat binnenkort voor deze Erkenning Wecg een vergoeding gevraagd zal worden. Ook dat is onjuist. De afspraak met het Ministerie en de Politie is gemaakt dat wanneer de Erkenning als bijlage bij het verlof wordt verstrekt, er geen vergoeding voor wordt gevraagd.
Bovengenoemde voorbeelden zijn slechts een opsomming van al datgene wat ons ter ore is gekomen. Wij hebben daarover met de Nationale Politie in het Branche-overleg van 1 maart 2016 gesproken, waarbij ook de Inspectie Leefomgeving en Transport aanwezig was. Beide instanties hebben ons laten weten dat de bovengenoemde voorbeelden niet in overeenstemming met de afspraken zijn en dat hierover met de verschillende afdelingen Korpscheftaken/Bijzondere Wetten binnenkort gesproken zal worden.
